EN  |  FR

Effe moven met die hap

Bijna de helft van de Nederlanders sport, fietst of wandelt. Toch is het volgens onderzoekers droef gesteld met de conditie van de Nederlanders, want meer dan de helft voldoet niet aan de ‘Nederlandse Norm voor Gezond Bewegen.’ Dat leidt niet alleen tot veel lichaamsklachten, maar ook tot veel arbeidsverzuim. Hoeveel beweging is eigenlijk goed voor je en wat moet je op z’n minst kunnen volhouden?

Fit en gezond

De begrippen fit en gezond worden vaak in één adem uitgesproken. Toch is er vaak een veel verschil. Je kunt fit zijn, maar niet gezond. Denk aan Lance Armstrong. Een superconditie, maar ook darmkanker. De meeste Nederlanders zijn behoorlijk gezond, maar niet fit. Een kleine groep is gezond en fit of niet gezond en niet fit. Meer bewegen speelt een belangrijke rol bij fitter worden of de kans op ziektes verkleinen. Hoeveel meer hangt van je doel af. Om de gezondheidsvoordelen van meer bewegen te ervaren, hoef je niet eens zoveel te bewegen. Om fitter te worden, en dus dagelijks meer energie te hebben, moet je je iets meer inspannen.

De pas er in

Onder deskundigen woedt de vraag hoeveel je moet bewegen al erg lang. Een van de normen die nog niet zolang geleden gold was de Fitnorm van drie maal per week twintig minuten. Veel fitnesscentra hanteren deze norm nog steeds, maar ‘officieel’ geldt sinds 1998 de Nederlandse Norm Gezond Bewegen. Volgens die norm moet een volwassene tot 55 jaar vijf dagen per week, maar bij voorkeur iedere dag, een half uur minimaal matig intensief bewegen. Matig intensief bewegen is bijvoorbeeld een half uur lang in een fors tempo een wandeling maken, stevig doorfietsen of baantjes trekken in het zwembad. Uit veel onderzoek blijkt dat hiermee de kans op ziektes verkleint en daarmee ook de kans op voortijdig sterven. Je moet dan natuurlijk wel voldoen aan de ‘Norm Normale Nederlander.’ Bij overgewicht, herstel van een blessure of andere ‘afwijkingen’ worden vaak andere richtlijnen gehanteerd.

Tempo maken

Het Centraal Bureau voor de Statistiek onderzocht hoeveel Nederlanders voldoen aan die Norm Gezond Bewegen. Dat bleek twintig procent van de volwassenen te zijn. Dat is een beetje een vertekend getal. Bij dat half uurtje bewegen van die twintig procent, zit ook het gematigd intensief bewegen dat zij op hun werk doen. Ruim dertig procent van de Nederlanders doet helemaal niet aan sport. Bijna vijftig procent sport wel, maar besteedt daar gemiddeld ‘maar’ tweeënhalf uur aan.
Is de kans op voortijdig sterven verkleinen al reden genoeg om er een half uurtje per dag stevig de pas er in te zetten, een betere conditie is dat nog meer. Wie fit is, heeft meer energie. Het kost totaal minder tijd, maar is een tikkie zwaarder. Om fitter te worden moet het lichaam een tandje bijzetten. Voor een betere conditie moet je twee tot drie keer in de week een half uur tot drie kwartier zo intensief sporten, dat je tijdens het sporten nog net een gesprek kunt voeren. Over de relatie tussen krachttraining en conditie opbouwen lees je meer bij [Kracht versus conditie: een valse tegenstelling?].