Bimbo’s: stoer en sexy of simpel en stom?
In het fitnesscentrum mogen vrouwen al langer laten zien dat ze billen, buik en borsten hebben, maar tegenwoordig mogen ze dat ook op straat, op kantoor en op school. Sterker nog, ze moeten! Als ze tenminste wat willen bereiken in de hedendaagse maatschappij… Zo luidt de levensfilosofie van de nieuwerwetse bimbo’s die volgens de Amerikaanse journaliste Ariel Levy aan een stevige opmars bezig zijn.
In haar boek ‘Female Chauvinist Pigs. De opkomst van de
bimbocultuur’ schrijft Levy: ‘De bimbocultuur biedt vrouwen die
willen tonen wat ze waard zijn, een unieke kans.’ Door eraan mee
te doen kun je laten zien dat je stoer, sterk en sexy bent; ‘als
een man’. Kortom: een female chauvinist pig (FCP). De vraag waar
het voor een FCP om draait, is volgens Levy: ‘Waarom zou je
proberen ze (de mannen, red.) te verslaan als je ook gewoon mee
kunt doen?’ Vrouwen moeten de mannen eens een lesje leren, lijkt
de FCP te denken. Als mannen vrouwen als een stuk vlees zien, dan
maakt de FCP die andere vrouwen en zichzelf gewoon tot
lustobject. De vrouw als consumptie-artikel.
De FCP gebruikt daarvoor twee strategieën. Ze identificeert zich
met mannen (de dominante groep) en joelt net zo hard om schaars
geklede paaldanseressen als de mannen in haar omgeving. Of ze
gedraagt zich juist als een pornoster die al schuddend met haar
pronte borsten en billen (na de nodige cosmetische veranderingen)
het clichébeeld van het seksuele lustobject probeert te
verbeelden.
De bimbocultuur is volgens Levy geen marginale onderstroom, maar
een dominante culturele stroming in het Amerika van vandaag de
dag. Het zijn niet alleen jonge, welgestelde vrouwen in het hippe
New York of LA, de bimbocultuur is doorgedrongen in alle lagen
van de Amerikaanse samenleving.
Nederlandse bimbo’s
Levy lardeert haar boek met – soms schokkende – voorbeelden over seksende tieners, bloot in talkshows en strippende zonaanbidsters op het strand, die je bij eerste lezing misschien doen vermoeden dat de bimbocultuur in Nederland tot op heden veel minder voet aan de grond heeft gekregen. Maar nader beschouwd, is dat toch niet helemaal waar! Ook Nederland heeft haar eigen bekende bimbo’s, als Heleen van Royen en Marlies Dekkers, dames die niet bepaald aan de rand van de maatschappij vertoeven, maar op de welwillende aandacht van de gemiddelde Nederlandse mogen rekenen. Tot hun volgelingen behoren doorsnee diva’s als Catharine Keijl en Willeke Alberti. Van het boek ‘Stout’ (over flirten, succes, macht, lingerie en erotiek) dat Van Royen en Dekkers samen schreven, passeerden inmiddels meer dan honderdduizend exemplaren de toonbank. En als locatie voor de boekpresentatie werd nota bene gekozen voor de Huishoudbeurs!
Fitnesscentrum onder invloed van Bimbocultuur?
De vraag ligt ook voor de hand in hoeverre de toegenomen populariteit van fitness mede te danken is aan het toegenomen belang van het (seksuele) lichaam. ‘De porno-industrie laat meer dan ooit zijn sporen na in de (…) sportschool’, schrijft Levy. Dat fitnessers niet alleen voor hun gezondheid trainen, maar ook (of vooral) voor hun uiterlijk is ruimschoots aangetoond. Toch blijft hier, in vergelijking met Amerika, de seksualisering van fitnesscentra nog redelijk binnen de perken. Cursussen als paaldansen en cardio-striptease zijn hier sinds hun introductie enige jaren geleden geen grote hit geworden. (Laat staan cardio-striptease in jarretels en string, waar Levy over rept.)
Terug in de tijd
Post-feministisch noemen bimbo’s zichzelf. Geëmancipeerd en
seksueel bevrijd. ‘Maar dat we post zijn, betekent niet
automatisch dat we ook feministisch zijn’, meent Levy. Feministen
streden voor gelijkwaardigheid en dat is iets wat bimbo’s met hun
identificatie met pornosterren helemaal niet bereiken. De
seksuele revolutie ging voor een belangrijk deel om respect voor
de seksuele gevoelens van beide partners en ook daaraan gaan de
bimbo’s volledig voorbij. Seks is een voorstelling waarin
seksuele emoties bij de vrouw een ondergeschikte rol spelen.
‘Hoerig en geëmancipeerd zijn niet synoniem. We moeten ons
afvragen of deze obscene wereld van borsten, billen en benen
eigenlijk wel laat zien hoe ver we gekomen zijn, of alleen maar
hoe ver we nog te gaan hebben.’Na lezing van Levy’s boek kun je
bijna niet anders dan concluderen dat de bimbo’s ons een aardig
eind terug in de tijd hebben geworpen.
‘Female chauvinist pigs. De opkomst van de bimbocultuur’ van
Ariel Levy is verschenen bij Uitgeverij
Meulenhoff (ISBN 978 90 290 7916).