EN  |  FR

Maakt verzadigd vet dik? Deel 2

afbeelding bij Maakt verzadigd vet dik? Deel 2

Heeft het type vet dat je consumeert invloed op het ontwikkelen van overgewicht? Dat was de vraag die we in het eerste deel van dit tweeluik over verzadigd vet stelden. Om hierover meer zekerheid te krijgen zijn langere termijn studies nodig. Die behandelen we in dit webbericht.

In het eerste deel van dit tweeluik beschreven we dat het soort vet (verzadigd vet vs onverzadigd vet) mogelijk invloed zou kunnen hebben op het ontwikkelen van overgewicht. Vervolgens bespraken we een studie waarin de effecten van het soort vet op het thermische effect van voeding (TEF = energie verbranding voeding) en honger- en verzadigingsgevoel is onderzocht. Die studie maakte gebruik van testmaaltijden die met verzadigde of onverzadigde vetten de TEF en verzadigingsgevoel vergroten en het hongergevoel verminderen, maar concludeerde dat er geen verschillen waren tussen de testmaaltijden. En hoewel zo’n zogenaamde ‘acute studie’ inzicht geeft in de kortdurende effecten op de energiebalans, is dat onvoldoende om langetermijneffecten van het soort vetconsumptie op de energiebalans te voorspellen. Daar heb je namelijk langetermijnstudies voor nodig. En raad eens? Daarvan hebben we er een paar gevonden. 

Muffins, vetvrije massa en vetmassa

In 2014 voerde de Scandinaviër Rosqvist onderzoek uit om te kijken naar de effecten van verzadigd vet (palmolie) en meervoudig onverzadigd vet (zonnebloemolie) op de lichaamssamenstelling. In het onderzoek dat zeven weken duurde werden 39 deelnemers tussen de 20 en 38 jaar met een BMI tussen 18 en 27 overvoerd met muffins die met name verzadigd vet of met name meervoudig onverzadigd vet bevatte. Na de zeven weken was de gemiddelde gewichtstoename van beide groepen ongeveer 1,5 kg. Duidelijk dus, wanneer mensen meer energie in de vorm van verzadigd of onverzadigd vet binnenkrijgen, is de gewichtstoename hetzelfde. Eh, niet zo snel. Want, hoewel de gewichtstoename hetzelfde was bij beide groepen, nam de hoeveelheid vetmassa bij de groep die muffins kreeg die met name verzadigd vet bevatte meer toe, dan bij de groep die muffins kreeg die met name onverzadigd vet bevatte. Consumptie van een iso-energetische (= gelijke) hoeveelheid verzadigd vet zorgt dus voor een grotere toename van de vetmassa, dan onverzadigd vet.

Tien jaar verder

Toch is dat vreemd, want verzadigd en onverzadigd vet leveren beide 9 kcal per gram en zouden bij dezelfde  overconsumptie een vergelijkbaar effect op de vetmassa moeten hebben. Dat dacht Rosqvist waarschijnlijk ook want in 2024 voerde hij een soortgelijk onderzoek uit, maar dan met een grotere groep (61 deelnemers) uit. Deze deelnemers waren tussen de 20 en 55 jaar en hadden een BMI tussen 25 en 32. Dit keer duurde het onderzoek acht weken in plaats van 7 weken. Net als in 2014 kwamen beide groepen in gewicht evenveel aan. Echter, nu vond Rosqvist geen verschil in de toename van vetmassa. Zowel de groep die werd overvoerd in de vorm van verzadigd vet kweekte evenveel vetmassa als de groep die overvoerd werd in de vorm van onverzadigd vet.

Naast het uitvoeren van dit onderzoek, keek Rosqvist naar de gegevens van 13.849 deelnemers uit de UK Biobankstudie om de relatie te onderzoeken tussen de inname van meervoudig onverzadigd vet, verzadigd vet en vetvrije massa en kwam tot de conclusie dat 100 kcal van een bepaald vet toevoegen aan je dagelijkse calorieconsumptie, (ongeacht het soort vet) tot ongeveer dezelfde toename van vetmassa leidt. Dus, zowel de tweede experimentele studie als de observationele studie van Rosqvist lijkt te bevestigen dat overconsumptie van kcal leidt tot eenzelfde toename van de vetmassa. Wij hebben meer vertrouwen in deze tweede studie, dan de eerste studie van Rosqvist.

En dus…

Al met al lijkt zowel op basis van acute studies als langetermijnstudies het soort vet geen invloed te hebben op de toename van de vetmassa. Verzadigd en onverzadigd vet beïnvloeden de TEF, honger- en verzadigingsgevoel op vergelijkbare wijze en overconsumptie van vet in welke vorm dan ook, zorgt voor een vergelijkbare toename van de vetmassa. Dat betekent echter niet dat overconsumptie van verzadigd en onverzadigd vet tot vergelijkbare gezondheidseffecten leidt. Zo lijkt overconsumptie van verzadigd vet minder gunstig te zijn dan overconsumptie van onverzadigd vet voor je lever en daarnaast lijkt vetconsumptie van verzadigd vet sterker geassocieerd te zijn met hart- en vaatziekten dan onverzadigd vet.

De aandacht voor specifieke voedingsstoffen, zoals, verzadigd vet, zaadoliën en koolhydraten en deze in de ban doen, leidt nogal af van waar het om moet gaan als je verantwoord wilt eten. Het consumeren van één specifieke voedingsstof maakt een voedingspatroon niet verantwoord, of onverantwoord. Zo is het consumeren van koolhydraten in de vorm van peulvruchten, volkoren brood, groente en fruit onderdeel van een over het algemeen gezond voedingspatroon. En hoewel kaas verzadigd vet bevat, kan kaas prima onderdeel uitmaken van een verantwoord voedingspatroon, mits je het een beetje kalm aan doet moet die kaas. De kans op overconsumptie is met name groot als je voedingspatroon ‘rijk’ is aan chips, snoep, koek, gebak en happen uit de snackbar.  

Een echt Amerikaanse traditie van zware overconsumptie van verzadigde vetten vinden, vind je hier.

Dossiers: