EN  |  FR

Leefstijl en leefomgeving

Een gezondere en fittere leefstijl lijkt aan te slaan, maar toch veroorzaakt een ongezondere levenswijze nog een derde van alle ziekten, zo stelt het onlangs verschenen rapport ‘Buiten de Gebaande Paden’, dat een aantal adviesraden in opdracht van minister Ab Klink opstelden. Maar het rapport constateert ook dat de leefomgeving niet altijd even bevorderlijk is voor een gezondere leefstijl.

Wie als voorstander van een gezonde leefstijl- en dat zijn in ieder geval ook de 15.000 mensen die in de fitnessbranche werkzaam zijn - de berichtgeving rond de volksgezondheid de laatste maanden een beetje volgt, zal niet vrolijk worden. Volgens een recent EU onderzoek stijgt het aantal gevallen van diabetes de komende vijftien jaar met ruim zestien procent naar 6,4% van de bevolking. Diabetes type II wordt vaak geassocieerd met welvaartsziekten als overgewicht. Volgens Diabetesvereniging Nederland hebben nu al zeshonderdduizend Nederlanders diabetes en weten tweehonderdvijftigduizend mensen nog niet dat ze het hebben. Dat betekent dat Nederland al dicht in de buurt zit van het door de EU voorspelde aantal diabetici. Het onlangs gepubliceerde rapport ‘Buiten de Gebaande Paden. Advies over Intersectoraal Gezondheids Beleid’, van de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg, de Raad voor het Openbaar Bestuur en de Onderwijsraad, concludeert dat eenderde van de ziekten in Nederland veroorzaakt wordt door een ongezonde leefstijl.

Verloren jaren

De geraadpleegde raden constateren dat het nastreven van een gezondere levensstijl in Nederland minder snel opgang doet dat in andere landen. ‘(…)In de Europese ranglijst heeft Nederland inmiddels een positie in de middenmoot. Vergeleken met het gemiddelde scoren wij nog wel beter, maar een topnotering hebben we niet meer. Dat betekent dat er kansen liggen voor gezondheidswinst die op dit moment niet worden benut. De cijfers over vermijdbare ziekte en sterfte laten dat ook zien. Zo wordt 13% van de ziektelast in Nederland veroorzaakt door roken, 4,5% door overmatig alcoholgebruik en 4% door te weinig bewegen.’ Of zoals het begeleidende persbericht stelt: ‘Een groot deel van de ziektelast in Nederland is vermijdbaar. Een derde tot de helft van de totale ziektelast is te herleiden tot roken, alcoholgebruik, weinig bewegen, ongezond eten en luchtverontreiniging.’
Het rapport ‘Buiten de Gebaande Paden’ rekent voor hoeveel levensjaren verloren gaan door deze ongezonde levensstijl. Verloren levensjaren zijn de jaren dat iemand met dit gedrag ziek is of voortijdig sterft. Voor rokers zijn dat 380.000 jaren. Overmatig alcoholgebruik en een verkeerd eetpatroon zorgen voor een additionele 130.000 jaren.

Invloed leefomgeving

Het rapport constateert ook dat niet alleen een bepaalde levensstijl bijdraagt tot het totaal aantal verloren levensjaren, maar dat de omgeving en sociaal-economische omstandigheden ook een rol spelen. Uit het rapport: ‘Opvallend - maar zeker niet nieuw - is dat niet iedereen in gelijke mate ‘bijdraagt’ aan de vermijdbare ziektelast. Als het gaat om gezondheid zijn het de zwakste schouders die de zwaarste lasten dragen: mensen die sociaaleconomisch minder goed af zijn hebben doorgaans meer gezondheidsproblemen.
Gemeten over hun hele leven voelen zij zich zelfs 16 jaar langer ongezond dan mensen met een hoger inkomen en een goede opleiding. De levensverwachting verschilt ook aanzienlijk. Nog schrijnender is dat de sociaaleconomische gezondheidsverschillen de laatste jaren alleen maar zijn toegenomen.’ ‘(…)Ook onveiligheid in het verkeer, slechte arbeidsomstandigheden en huisvesting zorgen voor ziektes.’ Een andere oorzaak kan gezocht worden in het ‘slechte binnenklimaat’ op scholen. Het rapport schenkt ook aandacht aan de invloed van het geestelijk welbevinden op het ontstaan van ziekten. ‘Veiligheid en leefbaarheid van wijken zijn beleidsdomeinen waarop door middel van integraal beleid kan worden gestuurd op het behalen van gezondheidswinst. Minder geweld en overlast op straat, huiselijk geweld, criminaliteit of drugsgebruik dragen bij aan geestelijke en lichamelijk welbevinden.’ De raden zien dan ook nadrukkelijk een rol voor gemeenten bij het bevorderen van verkeersveiligheid en wooncorporaties bij het creëren van een woonomgeving die meer bewegen bevordert.

Een en ander leidt tot een reeks aanbevelingen op individueel en infrastructureel niveau die het bewustzijn dat een gezondere, actievere leefstijl lonend is kunnen bevorderen. Zo zou er meer aandacht moeten zijn voor gezondere lucht in scholen, bewegingsonderwijs met name voor het MBO, gezondere werkplekken voor vooral zware beroepen, de armste bevolkingsgroepen en voor verbetering van de inrichting van de openbare ruimte. Misschien ook een korting op fitness voor de minima, aangezien daar de meeste gezondheidswinst valt te behalen?