HMB valt door de mand. Alweer.
In een recentelijk gepubliceerde meta-analyse blijkt dat hydroxymethylboterzuur, beter bekend onder de naam HMB, niets doet met je lichaam. Het is het zoveelste supplement dat door de mand valt, terwijl tegelijkertijd meer en meer duidelijk wordt dat rond de vermeende positieve effecten van suppletie nog erg veel misvattingen bestaan. HMB is ook weer zo’n gevalletje van ‘wij van wc eend adviseren wc eend.’
Begin dit jaar publiceerde het Journal of Strength and Conditioning Research een meta-analyse naar de effecten van HMB. HMB is de afkorting voor hydroxymethylboterzuur. Het is een lichaamseigen aminozuur en wordt ook onder de merknaam HMB als supplement op de markt gebracht. De claim is dat het de spieropbouw versterkt. Die claim werd voor het eerst gedaan in de jaren ’90 door de voedingswetensschapper Steve Nissen. Hij wapperde vrolijk met onderzoek dat het spieropbouwende effect ‘bewees.’ Puntje van aandacht daarbij kan zijn dat de onderzoeken door Nissen zelf werden gedaan. Dat is vergelijkbaar met een sigarettenfabrikant die met ‘eigen’onderzoek aantoont dat roken niet schadelijk is, zoals in de jaren ’50 en ’60 van de vorige eeuw niet ongebruikelijk was.
Oud nieuws bevestigd
Dat HMB niet veel doet, zelfs niet bij beginnende bodybuilders,
was eind jaren ’90 al eens aangetoond. Het
maakt duidelijk dat je bij onderzoeken en onderzoeksresultaten
beter op zoek kunt gaan naar wat meer achtergrondinformatie over
de onderzoekers en als het even kan bij PubMed zelf het
onderzoek leest.
Zo blijkt dat eind jaren ’90, toen HMB een hype was, Nissen zijn
bedrijf MTI, gebaseerd op het ‘wetenschappelijk aangetoonde
effect’ van HBM fors uitbouwde. Als je het onderzoek naar HBM
bekijkt, kom je behalve de naam Nissen ook de naam Scott Connely
vaak tegen. Connely is de eigenaar van MET-Rx. In veel van de
producten van MET-Rx zit het door Nissen gepatenteerde HMB. En
zoek je nog een beetje verder, op Ergogenics
bijvoorbeeld, waar meer interessants over HMB te vinden is, dan
ontdek je dat het onderzoek van Kreider et. all in opdracht van
EAS werd verricht. En als je daar weer wantrouwig van wordt…, dan
heb je de juiste wetenschappelijke instelling.
HMB en creatine
Vervelend nieuws voor liefhebbers van de combinatie HMB en
creatine. Dat zou een supercombi zijn, maar die aanname is met
het meta-onderzoek gepubliceerd in het Journal of Strength and
Conditioning Research stevig onderuit gehaald. Want, iets dat
niet of nauwelijks werkt - of dat nu lichaamseigen is of niet -
combineren met iets dat wel werkt, dat lijkt ons geen ijzersterk
duo te zijn. Laten we onderstaande conclusie van het onderzoek
maar even kort in keurig Nederlands vertalen.
’For previously untrained individuals starting a resistance
training program, small gains in lower-body and overall strength
with HMB supplementation may be expected during the first 1–2
months. However, the absence of even small benefits to lean mass
gain and body fat reduction in both untrained and trained
lifters, and the trivial effect on strength in well-trained
lifters, suggest that, over the short term, this supplement is of
negligible worth to the majority of experienced
athletes’.
Dat betekent: de eerste twee maanden scheelt HMB bij absolute
beginners een ietsiepietsie in kracht in zowel het boven- als
onderlichaam, maar er is geen opbouw van spiermassa en geen
verlaging van het lichaamsvetpercentage. Voor gevorderden doet
het helemaal niets. Meer een supplement voor hoogbejaarde dames,
dunkt ons.