EN  |  FR

Bewegen beter dan lijnen alleen

Afslankboeken mogen zich verheugen in een niet aflatende belangstelling, met af en toe een ‘klapper’ die plots in het centrum van de publieke aandacht staat. Of die nieuwe methode nu links- of rechtsdraaiend genoten wordt, het gros van de lijners is een jaar later weer even dik of dikker dan voorheen. De hoogste tijd om eens naar de bewegingskant van de afslankvergelijking te kijken onder het motto ‘Het zijn de enzymen, stupid!’.

Diëters en bewegers bekeken

Wetenschapper Edward Weiss en collegae van Saint Louis University besloten de daad bij het woord te voegen. Ze vergeleken een jaar lang twee groepen dikke mensen, waarbij ze de ene groep op dieet zetten en de andere groep meer lieten bewegen. De dieetgroep kreeg de eerste drie maanden zestien procent minder te eten en de resterende maanden twintig procent minder. De beweeggroep bleef normaal eten, maar verbrandde door extra beweging meer calorieën, en wel net zoveel calorieën als bij de dieetgroep in mindering was gebracht.

Na een jaar waren beide groepen ongeveer tien procent van hun lichaamsgewicht kwijtgeraakt, maar met duidelijke verschillen in de lichaamssamenstelling van beide groepen. De spiermassa in de benen was bij de dieetgroep verminderd met 6.9 procent, de kracht met 7.2 procent afgenomen. Bij de beweeggroep daarentegen waren de spiermassa en kracht niet veranderd. Weiss & co concludeerden: ‘Mensen die sporten zijn sterker, hebben meer spiermassa en een betere conditie. Diëters verliezen spiermassa en kracht.’ Het onderzoek vind je hier. Dit fenomeen staat bekend als de ‘diet trap’, de neerwaartse spiraal van steeds lager in de calorieën moeten gaan om nog verder af te vallen, waarbij weer spiermassa wordt verloren, de stofwisseling van de weeromstuit een tandje lager gaat, enzovoorts.

Vergeet niet te verbranden!

Inspanningsfysioloog Asker Jeukendrup vraagt al jaren aandacht voor de bewegingskant van de afslankvergelijking. In het rapport ‘Communiceren over eten III – Overgewicht te lijf’ (Innovatienetwerk 2005) zegt hij er dit over: ‘Het ontbreekt de meeste mensen niet aan vet, maar de spieren zijn er niet op getraind die energie aan te spreken. Iemand met overgewicht is na het nemen van de trap al zo vermoeid, dat hij zich de rest van de dag helemaal niet meer zal bewegen.’ Niet het teveel eten, maar dat eten niet verbranden is volgens Jeukendrup eerder oorzaak van overgewicht. ‘Bij een ongetraind iemand wordt die vetvoorraad niet aangesproken. De spieren hebben er te weinig enzymen voor.’ Jeukendrup vergelijkt het in het rapport met de werking van een fabriek waar te weinig arbeidskrachten zijn om de toevoer aan grondstoffen te verwerken.

Het probleem van overgewicht is volgens hem altijd te veel benaderd vanuit de voeding, waarbij de bewegingskant is verwaarloosd. Terwijl ‘cijfers laten zien dat onze calorische inname de afgelopen dertig jaar nota bene gelijk is gebleven!’’. Voor iemand met overgewicht is training van de spieren dan ook cruciaal. Het is niet genoeg voor hem om evenveel te eten als hij verbrandt. ‘Je spieren trainen betekent dat je meer enzymen kweekt waardoor je beter in staat bent om vetten te verbranden en je lichaam ook weer gevoeliger wordt voor insuline.’

Take home message: wil je succesvol afslanken, beperk dan je calorieën niet al te drastisch en leg het accent op meer beweging/training!

Dossier: