Vanaf morgen ...
Het nieuwe jaar is daar! Massa’s mensen hebben weer goede voornemens over meer bewegen, gezonder eten, rekeningen op tijd betalen en de heg bijhouden, allemaal hoekstenen van een gestroomlijnd en succesvol leven. Of ze daarin slagen hangt in hoge mate af van of het voornemen een beetje ‘body’ heeft en niet slechts een loze belofte is.
De zin van goede voornemens
Het blijkt dat het maken van concrete voornemens een gunstige invloed heeft op het bereiken van je doelen: psycholoog Norcross en collegae deden er in 2002 onderzoek naar en publiceerden in het Journal of Clinical Psychology hun bevindingen. In het onderzoek vertoonde 46% van de deelnemers met concrete voornemens na een half jaar nog steeds het veranderde gedrag, in tegenstelling tot degenen die maar wat hadden geroepen: in die groep had na 6 maanden slechts 4% van de mensen hun gedragsverandering gerealiseerd.
De vrouw/man met een plan
Het zit ‘m dus niet in die eenmalige beslissing om te gaan veranderen. Het blijkt dat de mensen die een degelijk voornemen maken, meer bereid zijn om te veranderen. Ze hebben hun persoonlijke reden(en) om hun gedrag aan te passen. Dit wordt intrinsieke motivatie genoemd. Bijvoorbeeld gaan hardlopen omdat je je (weer) fit wilt voelen. De ‘voornemers’ maken een plan, bedenken hoe ze dit plan gaan uitvoeren en welke valkuilen ze kunnen tegenkomen. Dit alles leidt tot meer vertrouwen en meer doorzettingsvermogen bij de uitvoering ervan. Opmerkelijk is verder dat deze mensen zichzelf tijdens het veranderproces regelmatig belonen voor het positieve gedrag, in tegenstelling tot mensen zonder duidelijk voornemen.
Bij het voornemen horen, zoals gezegd, vervolgens concrete doelen en een actieplan. Het is zaak om deze zorgvuldig en doelgericht te bepalen. Richt je daarbij niet op het resultaat, maar op je gedrag. Bijvoorbeeld: twee keer per week trainen (gedragsdoel), in plaats van sterker worden (resultaatdoel). En bedenk dus vooraf iets om jezelf mee te belonen in je proces van gedragsverandering, want belonen kan motiverend werken.
Intrinsiek en/of extrinsiek?
Het feit dat je intrinsieke motivatie nodig hebt om te veranderen, betekent niet dat je externe factoren moet negeren. Je omgeving kan dienen als stimulans om te veranderen, de zogenaamde extrinsieke motivatie. Gebeurtenissen, al dan niet positief, kunnen je voornemens weer aanwakkeren. Bijvoorbeeld het partijtje voetbal met je kind, waarbij je zo moet hijgen dat je er bijna bij neervalt, kan leiden tot het voornemen om weer te gaan sporten. Ook die geweldige aanbieding bij de sportschool kan je net dat duwtje geven. Het vooruitzicht op straf of beloning als gevolg van je gedrag valt ook onder extrinsieke motivatie.
Helaas zijn extrinsieke en intrinsieke motivatie niet zondermeer bij elkaar op te tellen. Teveel focus op extrinsieke motivatie kan de intrinsieke motivatie om te veranderen zelfs doen dalen: Als het alleen maar gaat om de beloning, kan dat jouw daadwerkelijke reden om te veranderen naar de achtergrond verdringen. Dat werkt wel even, maar om langdurig te veranderen is echt intrinsieke motivatie nodig.
Je omgeving, vriend of vijand?
Je omgeving kan ook een valkuil vormen. Mensen maken namelijk vaak de fout door er (onbewust) van uit te gaan dat, als ze hun voornemen maar met genoeg mensen delen, er voldoende externe druk is, en het dus wel goed komt. Helaas werkt het meestal niet zo. Over andermans voornemen blijken we namelijk een stuk minder optimistisch te zijn dan over onszelf: Een ruime meerderheid (2/3) van de mensen denkt dat zijn of haar gedragsverandering gaat lukken. Bij navraag echter heeft slechts 20% van de mensen er vertrouwen dat de ‘ander’ zijn/haar voornemen wel zal realiseren!
Het delen met je omgeving heeft verder nog als nadeel dat negatieve reacties je motivatie nogal omlaag kunnen halen en je doorzettingsvermogen flink op de proef kunnen stellen. Om maar even niet te spreken van mensen die jou het succes niet gunnen.
Toch kan het nuttig zijn om je voornemen of doelen met bepaalde mensen (van wie je echt ondersteuning kunt verwachten) te delen. Zij kunnen je helpen, door je een hart onder de riem te steken op moeilijke momenten, of door te dienen als de welbekende ‘stok achter de deur’. Een voorbeeld is het samen gaan sporten, of het nemen van een personal trainer bij het uitvoeren van je sportieve voornemens.
Tips voor de praktijk
Maak een voornemen op het moment dat je echt bereid bent je gedrag te veranderen.
Houd in gedachte: Een voornemen is een eerste stap, maar geen garantie op succes.
Bedenk welke concrete doelen horen bij je voornemen en maak een bijbehorend actieplan.
Bedenk een beloning voor het halen van je (sub)doelen.
Houd jouw intrinsieke motivatie in je achterhoofd, dat is de reden dat je wilde veranderen.
Betrek je omgeving op een positieve manier bij je voornemen.
Succes!