Een psychologisch dilemma
Onlangs verscheen in Journal of Health Psychology een studie naar de relatie tussen meer bewegen en de perceptie die bewegende en inactieve mensen hebben van hun lichaam. En, zoals wel vaker bij onderzoeken door psychologen, de conclusie is ‘voer voor psychologen.’ Een dilemma om even over na te denken.
Bijna een decennium geleden veroorzaakten psychologen Pope, Phillips en Olivardia een rimpel in vooral de mannenvijver met hun boek The Adonis Complex. Dat complex, dat ook bekend werd als Bigorexia, is een vorm van Body Dismorphic Disorder. Bij BDD, en anorexia is daar ook een vorm van, ziet iemand in de spiegel iets anders dan wat je een realistische waarneming zou kunnen noemen. Bij Bigorexia zijn dat vooral fors opgebulkte mannen die in de spiegel iele mannetjes zien, bij anorexia zijn het vooral broodmagere vrouwen die Rubensiaanse vormen in de spiegel ontwaren. Meer hierover vind je hier. Nu ziet iedere mens iets anders dan de ‘werkelijkheid’ in de spiegel, want het beeld dat de spiegel weerkaatst is weliswaar een natuurgetrouwe weergave, maar de toeschouwer heeft er zo zijn/haar eigen gedachten en gevoelens bij. Bij BDD neemt dat dus extremere vormen aan en gaapt er een kloof tussen een realistische en een doorgeschoten eigen beoordeling. Psychologen Heather Hausenblas en Anna Campbell van de University of Florida deden een metastudie naar de perceptie van het eigen lichaam bij mensen die in verschillende mate fysiek actief zijn.
De kracht van denken
In het persbericht van de universiteit luidt de conclusie, ongeacht wat je doet, ongeacht wat je bereikt of niet bereikt, mensen die met enige regelmaat bewegen, denken positiever over hun lichaam dan mensen die niet van de bank af te branden zijn. Hausenblas is overigens voorzichtig met haar verklaring. “It may be that the requirements to receive the psychological benefits of exercise, including those relating to body image, differ substantially from the physical benefits.” Plat vertaalt; het lid zijn van een fitnesscentrum, het kopen van hardloopschoenen of het slikken van supplementen zonder daadwerkelijk in beweging te komen, zou er al voor kunnen zorgen dat je positiever over je lichaam gaat denken.
Denken versus doen
Het dilemma waar je wellicht even bij kunt verwijlen, vind je bij de conclusies van het onderzoek. ‘Although, we found small effect sizes for the effects of exercise on body image, exercise has advantages over other types of therapy, such as cognitive-behavioral therapy. (…)compared to other interventions, exercise has a low cost, negligible negative side-effects, and is a socially acceptable behavior; which may result in greater treatment acceptance. (…) is self-sustaining because it can be maintained once the basic skills are learnt.’ Heel mooi, maar was het probleem niet dat teveel mensen te weinig bewegen? En dat dit gebrek aan beweging ingrijpende fysieke gevolgen heeft? Misschien moet je samen met je therapeut geregeld ook naar de sportschool!