Judith van den Berg
Biografie
Judith van den Berg (1972) kwam op een ongewilde manier in aanraking met krachtsport. De oud-verpleegkundige leerde het ijzer kennen tijdens haar revalidatie. ‘Ik deed altijd veel aan zwemmen en turnen, maar er werd bij mij een afwijking aan de heup geconstateerd. Mijn ene been was op een gegeven moment anderhalve centimeter korter dan mijn andere. Mijn heup raakte helemaal versleten. In 2002 kreeg ik een heupprothese en begon de revalidatie. Tijdens het revalideren werd ik gefascineerd door de manier waarop trainen met gewichten je lichaam verandert. Als je dat ziet, dan wil je je grenzen verleggen. Op een gegeven moment ging ik met mijn vriend Ab Brunekreef, die eigenaar is van Manhattan’s Wellness & Health Club in Weesp, mee naar een fitnesswedstrijd. Toen wist ik: ik wil ook op dat podium staan.’
Haar trainingsinspanning leverde haar in december 2006 tijdens het NK Natural Fitness de titel Miss Athletic Natural Fitness op en gaf haar een ticket voor de WFF Miss Universe 2007 verkiezing in Duitsland. In een strijd tegen zestig andere vrouwen won ze in de ‘athletic’-klasse en werd ze ‘overall’-winnaar. ‘En dan komt toch weer die drang om je grens verder te verleggen naar boven. In 2008 nam ik deel aan het WWF WK in Petersberg, Duitsland. Ik werd eerste in de categorie Superbody én ‘overall’-winnaar. Da’s kicken. En voorlopig blijf ik nog even nagenieten. Dit jaar even geen wedstrijden voor mij. Natuurlijk blijf ik trainen, maar dat is ‘voor het onderhoud.’ Verder geef ik hier bij Manhattan natuurlijk ook nog les. Ik blijf dus in beweging.’
Training en voeding
In de voorbereiding op een wedstrijd traint Judith zes dagen per week. ‘Twee keer twee uur staat er dan op mijn programma. Zo train ik op een dag ’s morgens bijvoorbeeld een half uur buikspieren,
gevolgd door een half uur onderrug en een half uur romp. Ik sluit dan af met een half uur cardiofitness. ’s Middags ga ik dan weer twee uur aan de slag met krachttraining en cardiofitness. Voor dat
laatste heeft de crosstrainer mijn voorkeur.’
Niet alleen het trainingsregime is strikt, het dieet ook. ‘Natuurlijk ga je dingen missen, pindakaas, pizza… Maar je weet dat je dat er voor over moet hebben wil je op het hoogste niveau presteren.
Geen vet dus, wel veel rijst, groente, vis en eiwitshakes. Ik heb mijn vetpercentage wel fors verlaagd. Dat was altijd rond de dertig procent, voor de wedstrijd is dat rond de vijf procent, buiten
de wedstrijden is dat 15%. Gelukkig weet ik dat ik na een wedstrijd weer mag zondigen tegen mijn dieet. Ik had in Petersberg dan ook een pot pindakaas bij me voor het ontbijt de dag na de
wedstrijd. Nu mijn training niet meer zo intensief is, kan ik genieten van af en toe een stuk chocola of een bak ijs.’
Clean sporten
‘Je hebt geen doping nodig om op het hoogste niveau te komen. Wat heb je aan een goed gespierd lichaam of een titel als je weet dat je jezelf en anderen voor de gek hebt gehouden? Besef goed dat doping niet alleen je uiterlijk verandert, maar ook je karakter. Het is bovendien funest voor je gezondheid. Train met beleid, zorg voor een goede, deskundige trainer die je kan motiveren als de twijfel even toeslaat.’