Anabolengebruikers in soorten en maten
‘De’ anabolengebruiker bestaat niet, zegt de Deense dopingexpert Ask Vest Christiansen. Na jaren van wetenschappelijke studie concludeerde hij dat er vier basistypes van anabolengebruikers zijn.
“Het beeld van anabolengebruikers wordt nog steeds bepaald door de media”, vertelde Ask Christiansen, een dopingonderzoeker van de universiteit van Aarhus in Denemarken, nog niet zo lang geleden in een presentatie. “En dat beeld van gebruikers als één pot net klopt niet. Dus heb ik geprobeerd voor een beter beeld te zorgen.” Christiansen keek trouwens alleen naar mannelijke anabolengebruikers. Dat is jammer, want hoewel het waar is dat anabolen in bodybuilding vooral door mannen worden gebruikt en minder vaak door vrouwen, komen uit de fitnesswereld steeds vaker verontrustende geluiden over het toenemende gebruik van middelen als clenbuterol, schildklierhormoon en groeihormoon door fitnessdames.
De Expert
De Expert schuimt het internet af naar informatie, spelt de fora, volgt gespecialiseerde bloggers en vloggers, en leest zelfs wetenschappelijke studies. Vaak delen deze gebruikers hun kennis op fora, waar ze door hun kennis gewaardeerd en gerespecteerd worden. De Expert verzamelt soms jaren achtereen kennis voordat hij gaat gebruiken, en heeft een kennis over endocrinologie, hormonen en commerciële preparaten die op het eerste gezicht niet onderdoet voor die van medische specialisten. Hij weet dat er risico’s zitten aan het gebruik van anabole steroïden, groeihormoon en soortgelijke middelen kleven, maar weet ook dat er manieren zijn om die risico’s te verminderen. En dus zet de Expert al die kennis in om zijn fysiek op een zo hoog mogelijk niveau te krijgen, met zo min mogelijk risico’s.
Het grote manco van de Expert is dat hij zichzelf soms overschat. Hij weet onmiskenbaar veel, maar niet alles. En dat kan, zeker als hij op internet niet door gelijken wordt tegengesproken, voor gevaarlijke situaties zorgen. Hij kan bijvoorbeeld het gebruik van een nieuw anabool middel aanbevelen, die volgens trials geen bijwerkingen heeft. De Expert heeft die trials bestudeerd, maar ziet over het hoofd dat ze zijn verricht door de producent. Artsen weten dat farmaceutische bedrijven in zulke trials eventuele bijwerkingen vaak verzwijgen. Maar de Expert weet dat niet…
De Wellness-gebruiker
Dit type gebruiker investeert niet zoveel in kennis als de Expert, en haalt wat hij wil weten van de fora. Hij traint een paar keer per week, eet meestal gezond en gebruikt af en toe een kuurtje. Hij is vaak al wat ouder, en hoeft zich niet meer zo nodig te bewijzen. Een echte bodybuildingfysiek streeft hij niet na, maar hij wil er wel gewoon goed uitzien. Hij gebruikt anabolen omdat hij zich er goed door voelt, omdat ze zijn spieren weer ouderwets hard laten groeien, en soms ook omdat dan even geen pijntjes in zijn gewrichten voelt.
De Wellness-gebruiker gebruikt dus anabolica in bescheiden doseringen. Daardoor is alle mogelijke gezondheidsschade omkeerbaar, denkt hij. Kloppen doet dat niet. Er zijn bijvoorbeeld studies waarin de cholesterolhuishouding en de endocrinologie al na één injectie testosteron hele rare dingen gaan doen, maar de Wellness-gebruiker kent die studies niet.
Het ironische van de situatie is dat de Wellness-gebruikers helemaal geen risico’s hoeft te lopen om zijn ideale lichaam te realiseren. Een goede sportdiëtist en krachttrainer zouden voor hem zonder al te veel moeite een dieet en schema kunnen samenstellen waardoor hij er continu picobello uitziet. Helemaal zonder anabolen en zonder risico’s.
De Atleet
De Atleet wil goed worden in zijn sport, en weet dat hij het kan. Hij heeft niet de expertise en kennishonger van de expert, maar des te meer passie voor zijn sport. De Atleet is een doener, geen denker. Hij traint hard, leeft serieus en gedisciplineerd, en ja, hij gebruikt anabolica in hogere doses dan de Expert en de Wellness-gebruiker. Hij weet dat daar risico’s aan vastzitten, maar is bereid die te nemen. Als hij insuline moet gebruiken om meer massa op te bouwen, dan zal hij insuline gebruiken. Als hij diuretica nodig heeft om geript te worden, dan is hij bereid diuretica gebruiken. De Atleet weet al tientallen jaren dat bodybuilding op hoog niveau zonder anabolen niet mogelijk is.
Wat de Atleet misschien over het hoofd ziet is dat steeds meer prominente atleten, organisatoren en fans in wedstrijdbodybuilding vinden dat het middelengebruik volledig uit de hand is gelopen. De weerzin tegen de lichamen van de grote gebruikers, met hun opgezwollen midsecties, groeit met de week. Arnold Schwarzenegger en ook onze eigen NBBF hebben er openlijk stelling tegen genomen. De esthetiek moet terug in het professionele wedstrijdbodybuilding, vindt bijna iedereen. De tijd is voorbij dat de professionele bodybuilders die de hoogste doseringen gebruikten, en de grootste risico’s namen, ook automatisch met een beker naar huis gingen.
De YOLO
YOLO is een afkorting van You Only Live Once, en dat zou het levensmotto van dit type gebruiker kunnen zijn. De YOLO wil een geweldig lichaam, maar heeft niet het geduld om daar jarenlang voor te trainen. De YOLO heeft in de verste verte niet de kennis van de Expert, en mist de toewijding van de Atleet. En dus gebruikt hij anabolen, vaak in net zulke grote hoeveelheden als de Atleet, maar hij gebruikt ze zonder dat hij precies weet wat hij doet en waarom. De schema’s krijgt hij van zijn dealers en vrienden. In de weekenden gaat de YOLO tot de kleine uurtjes stappen met zijn kameraden, bij voorkeur gekleed in een strak T-shirt. En daar hoort ook een pilletje bij, op z’n tijd. Of een beetje poeder (nee, geen creatine). Of een fles wodka.
Van alle anabolengebruikers is de leefstijl van de YOLO, door de combinatie van forse doses anabolica, drugs en alcohol, waarschijnlijk het meest riskant. De kans dat een YOLO psychologisch door het lint psychologisch gaat, of op jonge leeftijd bezwijkt aan een beroerte, hartaanval of depressie is verhoudingsgewijs tamelijk groot. Toch denkt de YOLO liever niet te veel over risico’s na. Nadenken vindt hij meer iets voor oude mensen, die achter het raam zitten en niks te doen hebben, behalve naar buiten kijken.
En daarmee heeft de YOLO natuurlijk een punt. Aan deze fase in zijn leven zal ooit een einde komen. Hij zal ouder worden. En met een beetje pech zullen er momenten komen dat hij, bijvoorbeeld in een huis met een lege kinderkamer, of in een bed in een ziekenhuis, niets te doen heeft, behalve naar buiten kijken. En dan zal hij nadenken - over de risico’s die hij heeft genomen.
tekst: Eigenkracht.nl